TDC is een programma van Enabel, het Belgisch Ontwikkelingsagentschap.

SNCDE

In Benin heeft agro-ecologie nu een eigen week voor belangenbehartiging en bewustmaking

Het Trade for Development Centre ondersteunt campagnes ter bevordering van duurzamere landbouw in verschillende Afrikaanse landen. Een voorbeeld is de Nationale Week van de Ecologische Landbouw in Benin die tot doel heeft kennis, goede praktijken en innovaties op het gebied van agro-ecologie te verspreiden.

Agro-ecologie, een prioriteit voor de groenteteelt

Benin heeft 13 prioritaire landbouwsectoren waaronder enkele inkomstenbronnen en sectoren in de productie van voedingsmiddelen. Voor soja, katoen en cashewnoten worden de prijzen vastgesteld door de staat. Er wordt daarbij telkens een onderscheid gemaakt tussen de prijs voor conventionele producten en een hogere prijs voor biologische producten. Voor andere gewassen zijn er geen vaste prijzen. De markt bepaalt de prijs. “Bij de opening van de Nationale Week van de Ecologische Landbouw gaf de minister van Landbouw duidelijk aan dat hij niet denkt dat agro-ecologie zich sterk zal ontwikkelen voor akkerbouwgewassen zoals katoen of soja. Maar voor bepaalde specifieke subsectoren, zoals de groenteteelt, wil hij dat de agro-ecologische benaderingen veel meer in de verf worden gezet”, legt professor Adam Ahanchede uit, docent-onderzoeker aan de Faculteit Landbouwwetenschappen van de Universiteit van Abomey-Calavi.

De beschikbaarheid van productiemiddelen verbeteren en meer opleidingen aanbieden

Agro-ecologische ketens staan voor tal van uitdagingen, zoals “de toegang tot en de beschikbaarheid van hoogwaardige biologische productiemiddelen, opleiding en begeleiding van producenten’, aldus professor Ahanchede Ahanchede. “Producenten hebben opleiding nodig. Ze weten wel hoe ze minerale meststoffen moeten gebruiken bij de maïsteelt, maar het is voor hen soms minder vanzelfsprekend om biologische meststoffen te gebruiken.” Bovendien is biologische productie in sommige gevallen niet eenvoudig, zoals bij ananas bijvoorbeeld. “We gebruiken nog steeds ethephon voor de fysiologische rijping en het geel worden van ananas, maar zowel overheidsinstanties als sommige producenten spannen zich in om het gebruik van dit product te beperken. In onze laboratoria wordt momenteel onderzoek gedaan naar biologische alternatieven.”

De Universiteit van Abomey-Calavi heeft verschillende wetenschappers in dienst die zich bezighouden met agro-ecologie. Zij tonen aan dat het mogelijk is om vergelijkbare hoeveelheden te produceren en tegelijkertijd biologische hulpbronnen te valoriseren en voedselsoevereiniteit te waarborgen. “Ik werk al jaren rond onkruid en we hebben een programma opgezet dat gericht is op de valorisatie ervan”, aldus professor Ahanchede. ”Sommige studenten werken momenteel aan de biomineralisatie ervan. Een van onze biofertilisatoren heeft onlangs zelfs een patent gekregen. Het heeft een dubbele eigenschap: het is zowel een meststof als een herbicide. We zijn vertrokken van een plant met allelopathische eigenschappen* om dit te kunnen ontwikkelen. Een van onze uitdagingen is om ons werk bekend te maken bij het grote publiek en de resultaten van ons werk te delen.” Dat is precies een van de doelstellingen van de Nationale Week van de Ecologische Landbouw (Semaine Nationale de l’Agriculture Ecologique – SNAE).

Le Professeur Adam Ahanchede intervenant lors de la SNAE

Professor Adam Ahanchede tijdens de SNAE

Wetenschappelijke communicatie, panels en tentoonstelling

De eerste SNAE – onder supervisie van de Faculteit Landbouwwetenschappen van de Universiteit van Abomey-Calavi –  werd georganiseerd in twee fasen. Van 22 tot 25 oktober op de campus van de Universiteit van Abomey-Calavi en van 20 tot 23 november op die van de Universiteit van Parakou, in aanwezigheid van Eléonore Yayi en Gaston Dossouhoui, respectievelijk minister van Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek en minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij van Benin.

Op het event – waaraan 300 mensen deelnamen – werden een tiental presentaties gegeven over wetenschappelijk onderzoek dat de doeltreffendheid van agro-ecologische technologieën aantoont. De beste presentaties worden gepubliceerd als technische fiches en verspreid via een digitaal platform dat onderzoekers, innovators, leveranciers van productiemiddelen en agro-bio-ecologische exploitanten samenbrengt. Dit alles wordt gedeeltelijk gefinancierd door het Trade for Development Centre van Enabel.

Tijdens paneldiscussies konden agro-ecologische actoren van gedachten wisselen met de directeurs van overheidsinstanties en ngo’s. “Met name om het proces uit te leggen van de overgang van een innovatie uit onderzoek naar industrialisatie, zonder de administratieve formaliteiten te vergeten voor het verkrijgen van de homologatie en de vergunning voor het in de handel brengen. Dit proces kan één tot twee jaar duren, of zelfs langer, afhankelijk van de noodzakelijke tests”, legt Adam Ahanchede, spilfiguur van de SNAE, uit.

De productie van biologische inputs begint zich te ontwikkelen op lokaal niveau. “Twee of drie bedrijven investeren in de ontwikkeling van biologische productiemiddelen in de vorm van compost en pesticiden. Een van het is BioPhyto waarvan de CEO een van de panelleden van de SNAE was. Startups zoals ABC Growers worden geleid door onze afgestudeerden. Zij zijn nu bedrijfsleiders geworden. ABC Growers produceert vloeibare organische bladmeststoffen die specifiek zijn voor bepaalde gewassen (vooral groenten en tuinbouwgewassen), zoals pepers, tomaten en papaja’s. Deze vloeibare biologische meststoffen worden vervaardigd via het proces van biomineralisatie van onkruid met behulp van kolonies van micro-organismen die in de bodem aanwezig zijn. Door de processen te beschrijven, maken de producenten kennis met de technologieën die zij hebben ontwikkeld. Op een tentoonstelling met ongeveer veertig stands verspreid over de twee universiteitscampussen werden ook nieuwe agro-ecologische producten en praktijken gepresenteerd.

Voorbeelden van producten die op de SNAE-tentoonstelling werden gepresenteerd

Beleid en middelen voor de uitvoering

Zoals professor Adam Ahanchede aangeeft, werkt de universiteit van Abomey-Calavi nauw samen met de overheidsinstanties op het gebied van landbouwbeleid, maar vaak ontbreken de middelen voor de uitvoering ervan. “Het ministerie van Hoger Onderwijs en het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij hebben ons gevraagd om beleidsdocumenten op te stellen. Op dit moment werken we bijvoorbeeld aan het verzamelen van gegevens over en aan een ontwikkelingsstrategie van de karité-sector. We waren ook betrokken bij het opzetten van het Nationaal Landbouwonderzoeksprogramma van Benin. Het is voor het ministerie van Landbouw moeilijker om middelen vrij te maken voor de uitvoering van de opgestelde programma’s. Dat is ook de reden waarom we vaak bezig zijn met het uitwerken van projecten en het benaderen van partners, zoals het Trade for Development Centre van Enabel.

Samuel Poos, projectmanager van het Trade for Development Centre.

Voor meer informatie: zie de reportage over de Nationale Week van de Ecologische Landbouw in Benin door Le RURAL BENIN TV.

* Een plant met allelopathische eigenschappen produceert chemische stoffen, allelochemische stoffen genaamd, die de ontwikkeling van naburige soorten al dan niet remmen. Het allelopathische effect kan negatief of positief zijn. De Faculteit Landbouwwetenschappen van de Universiteit van Abomey-Calavi maakt alleen gebruik van de negatieve effecten van allelopathie.
Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp
Email
Print

Deze website gebruikt cookies om uw gebruikerservaring zo aangenaam mogelijk te maken.